29.12.10

Trots



Het kersttoetje van 2e kerstdag: Meringues met passievruchten-curd en frambozen.
Gemaakt door mijn bonuskind. Ze kan bakken als de beste, waarschijnlijk door een combinatie van 2 voor bakkers broodnodige karaktereigenschappen: slimheid en onverschrokkenheid. Hoeveel 21-jarigen zouden voor het kerstdiner zowel hun eerste meringues als hun eerste curd durven maken?

Trots, dus. Niet omdat ik haar dingen geleerd heb (en die onverschrokkenheid heeft ze in ieder geval niet van mij), want wie ze is, heeft ze aan zichzelf te danken. Gewoon, trots, omdat het zo leuk is iemand in de familie te hebben die net zo gelukkig wordt van lekker eten als ik, iemand die me een sms´jes stuurt als deze:

´ik heb een koperen sauspan van sinterklaas gekregen! ik moet dat met iemand delen en jij begrijpt hoe leuk dat is!´



En die curd, die is verschrikkelijk lekker. En dat terwijl ik helemaal niet zo van passievrucht hou (zo ´niet´ zelfs, dat ik bij verrassingsmenus in restaurants, als de ober vraagt of er iets is wat ik niet lust, ik altijd zeg dat ik geen toetje met tropisch fruit wil). Ik kreeg de restjes mee naar huis en smeer het sinds zondag op alles wat ik tegenkom (en heb al een paar keer gewoon zomaar een lepel opgelikt).

Emma haalt haar inspiratie van Foodgawker, een verslavende verzameling van het beste van alle wereldwijde foodblogs. Hier de link naar het curd-recept!

27.12.10

Eetbare champagne


Recept vandaag in nrc.next én NRC Handelsblad. Omdat de krant vandaag de online versies niet gepubliceerd heeft, plak ik ´m hier maar even in!




Eetbare champagne
Eén van de origineelste feestjes die ik ooit bezocht was een bubbelspartijtje. Dat klinkt een beetje als de ballenbak van Zweeds meubelwarenhuis, maar het was veel leuker (en bepaald niet geschikt voor kinderen): vrienden hadden in de eerste week van januari iedereen opgetrommeld om langs te komen met hun van oudejaar overgebleven flessen mousserende drank, en een avond lang dronken we alleen maar champagne en champagne-achtigen. Het was fascinerend om te merken dat ik weliswaar van bijna elke prikwijn vrolijk word, maar dat qua smaak en mondgevoel toch echt de ene fles bruisend vocht de andere niet is.
Omdat de kookcolumn deze week in het teken staat van alle soorten mousserende wijn, ging ik nadenken over koken met champagne. Ik bedacht me al snel dat eigenlijk elke champagnesaus, -mousse en 'bonbon met champagnevulling' die ik ooit heb geproefd, een teleurstelling was - de smaak is meestal niet van gewone witte wijn te onderscheiden, en de typische bruis verdwijnt geheel.
Het internet bood redding: met de hulp van een paar aardige mensen op mijn favoriete culinaire forum kwam ik uiteindelijk op deze champagnegelei. Zonder suiker, dus te gebruiken in hartige gerechten, en met sappige, knapperige granaatappelpitjes die als juweeltjes schitteren in de doorzichtige gouden jelly, waarin ook écht nog bubbeltjes zitten.
Wat doe je met die schaal eetbare champagne? Maak er hapjes mee, zoals de hieronder beschreven toastjes met eendenborst. Of, schep blokjes gelei op een salade met venkel en garnalen. Serveer de gelei in je mooiste kristallen borrelglaasjes als amuse bij een chic diner. Voor de nieuwjaarsbrunch kun je de gelei met klodders gezoete roomkaas op warm geroosterd brood smeren. Maar wees gewaarschuwd: het blijft pure champagne… nieuwsgierig hoe het experiment had uitgepakt at ik er sochtends vroeg een paar happen van, en die stegen acuut naar mijn hoofd.

Champagnegelei met granaatappel
- 700 ml mousserende wijn, gekoeld
- 8 blaadjes (16 gram) kleurloze gelatine
- pitjes van een halve granaatappel
Week de gelatine 5 minuten in koud water. Verwarm 200 ml. van de wijn. Laat niet koken. Knijp de gelatineblaadjes uit en los ze al roerend op in de warme wijn. Laat een kwartiertje afkoelen. Doe de granaatappelpitjes in een schaal van ca. 20 x 30 cm. Giet de (koude) 500 ml wijn bij het gelatinemengsel, en giet dit meteen op de granaatappelpitjes. Je wilt de boel zo min mogelijk in beweging brengen, dan houd je de meeste bubbels. Als het goed is verdelen de pitjes zich vanzelf gelijkmatig door de gelei. Zet de schaal afgedekt een nachtje in de koelkast.
Doop voor je de gelei wilt gebruiken de onderkant van de schaal kort in heet water.
Besmeer, bijvoorbeeld, sneetjes geroosterd stokbrood met mayonaise en maal daar peper over. Beleg met blaadjes waterkers, rol een nestje van een plakje gerookte eendenborst, leg dit op de waterkers, en vlei er een blokje gelei in. Serveer, uiteraard, met iets bubbeligs.

26.12.10

Kerst-tulband, mag ook een dag later




Ik was écht van plan om jullie deze nog voor kerst aan te bieden. Maar ik kwam er zelf uiteindelijk pas op kerstochtend aan toe om hem te bakken, en heb er zojuist pas de eerste plak van gegeten. Als tweede kerstdag-kerstontbijt. En toen bedacht ik me dat een kersttulband die zó lekker is, zich niet hoeft te beperken tot die 2 dagen per jaar, en dus krijgen jullie hem alsnog.
Door de appel is het een vochtige, enigszins compacte cake die zo´n 5 dagen houdbaar is (en zelfs lekkerder wordt als ie wat langer staat) Een ideaal baksel dus om in huis te hebben in deze vakantieweek waarin misschien wel onverwachte thee- of koffievisite op de stoep staat.

Als je geen gedroogde cranberries hebt kun je ook rozijnen gebruiken, en in plaats van 2 appels kunnen er ook 2 kleingesneden peren in. De smaak van sucade is voor mij onlosmakelijk verbonden met de eindejaarstijd (sucade hoort in het kerstbrood en in de oliebollen, wat mij betreft) maar kun je dat niet krijgen of vind je het niet lekker, laat het gerust weg.

O, en als je tulband net als die van mij gedeeltelijk in de vorm blijft plakken: gewoon netjes weer in elkaar metselen en bedekken met de mantel der liefde, ook wel bekend als poedersuiker.




Kerst-tulband
(naar een recept van Dorie Greenspan uit Baking from my Home to Yours)

350 gram bloem
1 theelepel bakpoeder
1/2 theelepel baking soda
1/2 theelepel zout
225 gram zachte boter
250 gram lichtbruine basterdsuiker
3 eieren250 ml karnemelk, op kamertemperatuur
2 appels, geschild en in kleine blokjes
2 eetlepels fijngehakte sucade
75 gram gedroogde cranberries
2 eetlepels rum
rasp van een sinaasappel

Verwarm de oven voor op 185 C. Vet een grote tulbandvorm goed in met boter en bestuif met een beetje bloem.
Doe de cranberries, sinaasappelrasp en rum in een kommetje en laat even weken.
Meng in een kom de bloem met de bakpoeder, baking soda, en zout.
Roer in een andere kom de boter zacht en schuimig met de suiker. Voeg 1 voor 1 de eieren toe.
Voeg omstebeurt beetjes bloem en karnemelk toe, eindig met bloem. Meng tenslotte de stukjes appel, de sucade en de cranberries erdoor.
Schep het beslag in de vorm en strijk de boven kant glad met een spatel.
Bak de tulband ca. een uur (de mijne duurde iets langer). Test met een satéprikker of hij gaar is, er mag geen vochtig beslag meer aankleven.

22.12.10

Licht in het donker



Niets verzoent je zo met december als de kerstballen van Welling.



20.12.10

Stress-vrije kerstborrelhapjes



Recepten voor paddestoelenragout, omelet met peterselie-pepita-pesto, en roquamole vandaag in nrc.next

17.12.10

December



Ja, hallo, ik ben er nog.

Half ingesneeuwd, dat wel. Jullie ook?

Ik kan gewoon niet geloven dat het volgende week al Kerst is. En dat het dus ook al bijna Oud en Nieuw is. En dat het jaar dus gewoon al bijna voorbij is.

Waar ging het naar toe?

Ik ben nog niet klaar voor 2011. Wat zeg ik, ik ben nog niet eens klaar voor het Kerstweekend. Er moet nog flink gewerkt worden, en een paar deadlines gehaald, voor ik rustig de kerstvakantie in kan glijden. Gelukkig hoef ik geen mega kerstdiner te koken dit jaar. Ik mag aanschuiven bij mijn ouders, en op tweede kerstdag vier ik met bonuskind en schoonfamilie onze jaarlijkse gourmet-kersttraditie. Verder ben ik van plan om zoveel mogelijk uurtjes door te brengen op onze supercomfortabele, gloednieuwe bank, die zo groot is dat Dennis en ik er allebei languit op passen. Tegelijk.

Plannen voor de kerstvakantie: koekjes bakken, mole maken, erwtensoep koken. Later meer.

8.12.10

Roomloos ten onder


Het hele antipakjesverhaal kreeg een staartje.
Wat begon als een positief gestemd en enigzins ludiek initiatief van Karin Luiten, werd een heftige discussie over de pro's en contra's van kant en klaarmaaltijden en additieven. Zie hier voor een mooi stuk hierover van Janneke Vreugdenhil en een aantal interessante reacties.
Luiten zegt het zelf in haar reactie op Hertzberger: je kunt geen appels met peren vergelijken. We eten elke dag, maar de manier waarop, en hoe, en waarom, verschilt dramatisch van persoon tot persoon. Nederland is vol met Hertzbergers die eten omdat ze nu eenmaal moeten eten, die een redelijk gezonde en niet al te onsmakelijke en vooral snelle en eenvoudige maaltijd de hoogste prioriteit vinden hebben, omdat ze nu eenmaal niet zo veel waarde hechten aan hoe iets smaakt. Die hun tijd liever aan iets anders besteden dan aan het schillen van aardappels. Prima, die mensen mogen er zijn. En er zijn mensen zals ik, en zoals Luiten, en zoals al die mensen die op Twitter en in discussiefora en waar niet al over Hertzberger zijn heengevallen: de mensen voor wie het eten zelf de hoogste prioriteit heeft, de mensen die graag een kwartiertje aardappels schillen omdat ze zelfgemaakte puree gewoon lekkerder vinden dan uit een pakje, of misschien zelfs wel (kun je het je voorstellen?) omdat ze aardappels schillen gewoon helemaaal geen vervelend werk vinden, maar een fijn meditatief klusje aan het eind van de werkdag. Aardappel soldaat maken, slokje wijn, wat woorden wisselen met huisgenoot, of muziekje erbij. Dat kan óók. De Hertzbergers zullen daar nooit plezier aan beleven, net zomin als de Luitens de geneugten van poederpuree zullen leren waarderen. And never the twain shall meet.

Is dat erg? Dat is niet erg. Zolang we elkaar de wet niet voorschrijven is er niets aan de hand. Dan moet er natuurlijk wel iets veranderen aan het aanbod in supermarkten. Want met 1 roep uit Hertzbergers artikel ben ik het in ieder geval hartgrondig eens: de roep om meer diversiteit. Ik wil dat de winkels álles verkopen. Poederpuree maar ook echt lekkere aardappels. Soeppakketten maar ook hele knolselderij. Magnetrommaaltijden én hele scharrelkippen. Zodat iedereen kan eten en koken zoals hij of zij dit wil.

Pakjes, zakjes, blikjes. Op mijn werk maakt de cateraar soms champignonsoep. Komt volgens mij uit blik of is van poedersoep gemaakt: van die dikke witte soep die naar champignons smaakt zonder dat er een paddestoel in te bekennen is. En eerlijk gezegd: ik ben er dol op.

Gisteren had ik zin in zo'n soort soep. Het werd toch een beetje anders natuurlijk, want mijn soep barstte uit z'n voegen van de champignons, en omdat ik probeer zo in aanloop naar kerst niet te vet te eten, ging er geen room in om hem te binden. Maar die binding lukte met rijst, een beetje bloem en melk ook prima.
Ik wil altijd iets van contrasterende structuur bij een romige gebonden soep, vandaar de reepjes gebakken oesterzwam. Maar deze kun je achterwege laten, of vervangen door stukjes gebakken spek, of croutons, of wat je maar lekker vindt bij champignonsoep.




Romige champignonsoep, zonder room, maaltijdsoep voor 2 personen

flinke klont boter
2 sjalotjes, gesnipperd
250 gram (kastanje)champignons, in hele kleine stukjes
scheutje witte wijn
500 ml. lichte bouillon
1 eetlepel bloem
3 eetlepels langgraanrijst
volle melk
versgeraspte nootmuskaat
bieslook, fijngehakt

optioneel: 150 gram oesterzwammen, in reepjes, op hoog vuur in een beetje olie knapperig gebakken, om te garneren

Verhit de boter in een soeppan en bak de sjalot op laag vuur een paar minuten. Doe de champignons erbij en bak, met het deksel op de pan, een minuut of 7 op laag vuur tot de champignons hun vocht beginnen los te laten. Strooi de bloem erover en bak even mee. Doe dan de rijst erbij, de wijn en de bouillon. Breng aan de kook en laat 25 minuten zachtjes koken of tot de rijst heel gaar is. Pureer, en verdun met zoveel melk tot de soep de juiste dikte heeft naar je smaak. Breng op smaak met peper, zout en nootmuskaat, en bestrooi vlak voor het serveren met bieslook en eventueel de oesterzwammen.

4.12.10

Antipakjes



Het was gisteren in veel Hollandse huizen pakjesavond, maar het was ook de door Karin Luiten uitgeroepen Nationale Anti-Pakjes-Avond. Voor twitteraars, zie hashtag #NAPA

Er wordt teveel uit zakjes en pakjes gekookt in de Nederlandse keukens, vindt Luiten. Ik ben het 100% met haar eens, hoewel mijn cynische kant niet kan nalaten zich af te vragen of een antipakjesoffensief zoals zij dat voert, niet juist de mensen bereikt die tóch al tegen pakjes zijn? Mensen zoals ik, mensen zoals de bezoekers van mijn site. Mensen die een bovengemiddelde belangstelling voor eten en koken hebben. Maar goed, de Sinterklaastijd is geen tijd voor cynisme maar voor optimisme en geloof in het goede. En elk pakje minder is meegenomen: al is er maar 1 lezer, ergens, die door een recept van 1 van de #NAPA volgers ineens het licht ziet en zelf iets gaat fabriceren in plaats van een maaltijd vol smaakversterkers en e-nummers te verorberen.. dan is het project geslaagd, denk ik zo.

Zoals gezegd, hier komen weinig pakjes en zakjes in huis. Met uitzondering van de geweldige zakjes van Asian Home Gourmet, bouillonblokjes en af en toe een blikje tomatensoep (omdat het me nog nooit gelukt is die heel specifieke smaak van blik-tomatensoep, waar je soms zo´n verschrikkelijke trek in kunt hebben, zelf na te maken.)


Mijn eigen echte pakjesavond was bescheiden dit jaar, en speelde zich af op mijn werk - Sinterklaas kwam in hoogsteigenpersoon langs, dat wel. En ik had voor ruim 20 mensen gevulde speculaas gemaakt, met zelfgedraaide amandelspijs. De speculaaskruiden kwamen uit een zakje - die maakte ik in het verleden ook wel eens zelf, maar ik heb gemerkt dat de meer geprononceerde en kruidige smaak van dat mengsel niet bij iedereen in de smaak valt.
Tweeënhalf x dit recept was genoeg voor een hele avond snoepen en nog restjes de volgende dag, voor de collega´s die niet bij het feestje hadden kunnen zijn.



De uitdaging voor de catering van de avond was dat ik maar zo´n 40 euro budget had om die groep van ruim 20 mensen te eten te geven, en dat was dan inclusief de ingrediënten voor de gevulde speculaas.
Dit stond er op tafel: witte bonen puree met rozemarijn en knoflook, zelfgemaakte celeri rémoulade, bladerdeegbakjes met champignonragout, een enorme frittata met aardappel en rode paprika, rauwkost en brood en euroshopper crackers, en een reusachtige pastasalade. Die laatste was de hit van de avond. Goedkoop, makkelijk een dag van te voren te maken, en lekkerder dan alles wat je kant en klaar kunt kopen.

Pastasalade met pompoen, ui, salie en geitenkaas
buffetgerecht voor 15-20 personen

1 kilo gedroogde pasta (bij voorkeur kleine pasta, schelpjes of macaroni bijvoorbeeld)
1 grote flessehalspompoen
1 kilo rode uien
1 bosje salie
1 stuk jong belegen geitenkaas van ca. 500 gram
olijfolie en balsamicoazijn
peper, zout

Verwarm de oven voor op 210 C.
Schil de pompoen en snij in kleine dobbelsteentjes. Schil de uien en snij ze in partjes.
Spreid de pompoen en uien uit op een met bakpapier beklede bakplaat (eventueel 2 bakplaten gebruiken) en bestrooi met zout en peper. Rooster ze ca. 20 minuten of tot ze gaar en goudbruin zijn. Snij de salie fijn, strooi deze over de pompoen en ui en rooster nog een paar minuten mee.

Kook de pasta in ruim water met zout beetgaar. Giet de pasta af en spoel deze af onder de koude kraan. Doe de pasta in een grote kom. Doe het pompoen-ui-saliemengsel erbij en schep goed om.
Klop een dressing van 100 ml olijfolie en 50 ml balsamicoazijn. Schep deze door de pasta. Laat de salade afkoelen en proef dan op zout en peper, en voeg eventueel nog wat olie en azijn toe. Snij de kaas in kleine blokjes en schep deze door de salade. Als je budget het toelaat, zijn geroosterde pijnboompitten of stukjes walnoot er lekker door.

30.11.10

Wat te doen met Daikon



Er waren al daikonkoekjes, en er was Oosterse kippensoep met daikon. Maar iedereen met een klein huishouden die wel eens een daikon gekocht heeft weet dat er meer dan 2 maaltijden voor nodig zijn om zo'n ding soldaat te maken. Er is altijd een stuk dat een beetje zielig in de koelkast achterblijft en het gevaar loopt om na een week of wat verlept en verslapt in de vuilnisbak te belanden. Zonde! Gelukkig las ik op tijd over daikon pickles, in het zuur ingemaakte daikon.

Ik volgde het recept van David Chang uit zijn Momofuku kookboek, en voelde me een bijzonder degelijke huisvrouw. Ik hoefde geen daikon weg te gooien, ik had iets gemaakt wat een tijdje goed zou blijven, een pot lekkers in de koelkast waar ik wekenlang plezier van zou hebben.



Toen kreeg ik een mail van de vriend die me tot mijn daikon experimenten geinspireerd had. "Stinkt jouw daikon pickle ook zo? ik heb die van mij weg moeten gooien, het was té erg". Ik deed de koelkast open. Ja, ik moest het toegeven. De licht-rottige geur waarvan ik dacht die die uit de la met Franse kaas kwam, steeg toch echt op uit de daikon-en-wortel pot.

Vervlogen waren de keukenprinses-dromen. Zie je wel, ik kán het niet. Ik leer het ook nooit: ik ben niet geschikt voor jam maken, worst draaien, paté bakken en komkommers conserveren.

Maar (gelukkig, in dit geval) ben ik niet alleen een onvolmnakte huisvrouw, ik ben ook aartslui. Twee dingen die veel met elkaar te maken hebben vermoedelijk. Zó lui dus, dat ik een potje met stinkende daikon rustig nog een paar dagen in de koelkast laat staan, omdat ik geen zin heb om het weg te gooien. En wat denk je? Na een paar dagen stonk het nauwelijks meer. Als ik nu, na een week, de pot openmaak ruik ik frisse, radijs-achtige daikon. De daikon en wortel smaken knapperig en zoetzuur. Heerlijk door de sla, bij Aziatische noedelgerechten, of (zoals hier) bij mijn macaroni-omelet met parmezaan en sriracha.



Soms wordt luiheid beloond.

28.11.10

WinterWonderland


Experimenteren met m'n nieuwe camera in het Westerpark.

En daarna had ik allerlei keukenprojecten gepland, maar in plaats daarvan werd het een dag werken achter de laptop.

Gelukkig wacht me zometeen een heerlijk stuk vlees en een glas Côte-Rôtie. Daar kijk ik al vanaf, ongeveer, een uur of 13:00 naar uit...

23.11.10

Toevalstreffer




Dus, ik loop de natuurwinkel in om iets te kopen - ik ben nu vergeten wat het was, want ik heb het nooit gekocht, omdat ik meteen bij binnenkomst word afgeleid door een grote berg Kabocha pompoenen, waar ik juist een paar dagen geleden door Robin van Aziatische ingrediënten aan herinnerd ben, hoe lekker die zijn... en dan draai ik me om en zie een grote bak met kraakverse postelein, een klein wonder, want de groente in deze natuurwinkel is meestal een beetje verlept en zielig. Die postelein is wel heel toevallig, want de Posteleinhater is de stad uit.



Wat ermee te doen? Het moest iets lichts en fris worden. Terwijl ik intussen urenlang in de keuken stond om andere, arbeidsintensieve recepten te testen, gooide ik wat van dit en dat door elkaar, o nog wat halloumi in de koelkast, en weet je wat bij pompoen zijn pompoenpitten natuurlijk ook lekker. En zoals je dat soms hebt, bij toeval, was het resultaat fantastisch. Een salade waarmee ik het aandurf om zelfs postelein sceptici te verrassen. De combinatie van zacht-zoete pomopoen, zoute halloumi, notige quinoa, knapperig pompoenzaad en licht-zure postelein is gewoon volmaakt en geweldig. Ik zeg het niet vaak, ik zeg het vandaag: maak dit!



Quinoa salade met postelein, pompoen en halloumi
voor 2 personen

75 gram quinoa
200 gram stevige pompoen, butternut of kabocha, in blokjes (schoongemaakt gewicht)
125 gram postelein, gewassen
100 gram halloumi
2 eetlepels pompoenpitten

Dressing:
rasp van een halve citroen
sap van een halve citroen
3 eetlepels olijfolie
peper, zout
olie om te bakken

Verwarm de oven voor op 200 C. Schep de blokjes pompoen om met een beetje olie, zout en peper, en spreid ze uit op een met bakpapier beklede bakplaat. Rooster ze 15 minuten of tot ze goudbruin en zacht zijn.
Spoel de quinoa goed af en kook deze 15 minuten in 150 ml. water. Als het goed is is al het water opgenomen. Doe de quinoa in een grote kom.

Klop alle ingrediënten voor de dressing door elkaar.

Bak de postelein een paar minuten in een klein beetje olie. Als het geslonken is, de postelein bij de quinoa doen. Schep ook de geroosterde pompoen er luchtig doorheen. Schep de dressing erdoor en verdeel de salade over 2 borden of schep in een schaal.
Snij de halloumi in blokjes en droog deze goed tussen keukenpapier. Bak de halloumi in een klein beetje olie goudbruin. Doe de pompoenpitten erbij en bak deze heel even mee. Verdeel de halloumi en pompoenpitten over de salade en serveer.

16.11.10

Daikonkoekjes met garnalen



Ik kocht een reusachtige daikon (oftewel rettich, maar ik vind daikon gewoon een mooier woord) en daar eten we nu al dagen van. Gisteren maakte ik al improviserend deze daikonkoekjes en ze waren zo geweldig, dat ik ze jullie niet wil onthouden, ondanks het feit dat de bij avond genomen foto's niet echt goed gelukt zijn..

Daikon is misschien het meest bekend als de knapperige sliertjes die als een hoopje doorzichtige spaghetti naast je sushi en sashimi liggen. Als dat de enige daikon is die je je ooit tegenkwam, dan zullen deze koekjes met garnalen en een pittige zoute dipsaus een openbaring zijn. Enige nadeel: toen ik een stuk van 300 gram daikon afsneed, leek de witte wortel amper kleiner geworden. Morgen maar weer iets nieuws ermee verzinnen....

voor ca. 8 stuks

300 gram daikon, geraspt
100 gram rauwe garnalen, fijngehakt
1 lenteui, in ringetjes
handje koriander
1 ei
2 eetlepels rijstebloem
zout en peper
plantaardige olie om te bakken

dipsaus: 2 eetlepels hoisinsaus, sriracha naar smaak, 1 eetlepel sojasaus, 1 eetlepel rijstazijn, 1 eetlepel sesamolie, 1 theelepel geraspte verse gember, water



Meng de geraspte daikon met een theelepel zout en zet een half uurtje koel weg.
meng alle ingredienten voor de dipsaus door elkaar. Voeg zoveel water toe tot je een dunne saus hebt.
Knijp de daikon dan goed uit en doe in een kom. Dep de stukjes garnaal droog en doe ze erbij. Voeg de lenteui, koriander, het ei, de rijstebloem, en zout en peper toe en meng.

Verhit een paar lepels olie in een koekenpan en bak hierin volle eetlepels van het beslag, zo'n 3 minuten per kant. Serveer met de dipsaus en noedels of rijst met gebakken groente.

15.11.10

Chocopasta



Ik klaag vaak over Albert Heijn, en er is ook een hoop over te klagen, maar als ik eerlijk ben moet ik toegeven dat AH ook een paar dingen in het assortiment heeft die mijn dagelijkse eetgeluk aanzienlijk vergroten.
Mandarijnensap, Euroshopper mayonaise, pindakaas met cashewnoot, om er maar een paar te noemen. En nu heb ik, helaas zou ik bijna zeggen, iets nieuws ontdekt: pure chocopasta. Ik hou veel van nutella. Maar soms wil je gewoon chocola en niets dan chocola en hoeft dat hazelnootsmaakje niet zo.

Goed brood, goeie roomboter, een flinke smeer pure chocopasta, en een beetje verkruimelde fleur de sel. Zondagmiddag-geluk.

9.11.10

Nog meer cake



Heerlijk, die kweepeercake, maar: voor iedereen die misschien niet zo makkelijk aan kweeperen kan komen, voor iedereen die houdt van herfstige appeltaarten, voor iedereen die net als ik vindt dat er niet genoeg appelrecepten kunnen zijn, voor iedereen die gelukkig wordt van de geur van zoete appel en kaneel, voor iedereen die op deze gure dinsdag zin heeft om een simpele maar o zo heerlijke appelcake te bakken...

Appelcake, dus.

Losjes gebaseerd op dit recept van Smitten Kitchen. Ik had nog walnotenolie staan en die was er geweldig lekker in, maar ik schat in dat die (net als kweeperen) niet alomtegenwoordig is in alle keukens. Gebruik dus in plaats daarvan gerust een neutrale plantaardige olie zoals het oorspronkelijke recept ook zegt.

Dit is zo'n zeldzame cake die eigenlijk de volgende dag lekkerder is dan de dag dat je hem maakt. Ik bakte hem zondag om te serveren als toetje na een etentje met vrienden. Toen hij was afgekoeld en ik er een beetje in had geprikt hier en daar vond ik dat hij er droog uitzag en ben ik nog naar de avondwinkel gerend voor een potje slagroom. En inderdaad was die slagroom heel welkom bij het enigszins droge baksel. Maar gisteren at ik met Dennis de restjes, en er was geen slagroom nodig, de structuur was compacter en minder droog geworden en de appel zachter en sappiger en zoeter.



4 flinke goudreinetten, geschild, ontklokhuisd en in blokjes
3 eetlepels donkere basterdsuiker
1 eetlepel kaneel
250 gram zelfrijzend bakmeel
1/2 theelepel zout
150 gram kristalsuiker
150 ml. walnoot- of andere olie
sap van 1 sinaasappel
3 eieren
100 gram walnoten, fijngehakt

Verwarm de oven voor op 180 C. Vet een diepe vierkante bakvorm (20 x 20) of een vergelijkbare ronde vorm in met boter of bekleed met bakpapier.
Schep de appelblokjes in een grote schaal om met de basterdsuiker en kaneel. Laat 10 minuutjes staan.
Roer in een grote kom het zelfrijzend bakmeel en het zout door elkaar. Meng in een andere kom de olie met het sinaasappelsap en de suiker. Roer de eieren er 1 voor 1 door. Schep dit mengsel door de bloem. Meng tot je een glad beslag hebt en meng tenslotte de walnoten erdoor.
Schep het beslag in de vorm en verdeel de appelblokjes erover (samen met het kanelige suikerige vocht onderin de kom).
Bak een uur. Doe de coctailprikkertest en bak eventueel nog wat langer.

7.11.10

31.10.10

26.10.10

Een oefening in zelfbeheersing




Ik heb vandaag mijn bureau opgeruimd. Tussen de stapels facturen, bonnen, oude tijdschriften, ansichtkaarten en treintickets deed ik een paar leuke vondsten. Een nog steeds niet ingeloste cadeaubon voor een lunch bij Gartine (wie zal ik daar eens mee naar toe nemen?). Een nog maar halfvolle koffiestrippenkaart van de Coffee Company. Postzegels waarvan ik niet wist dat ik ze had. Een boek dat ik kwijt was. En een briefje van 20 euro! Als dat geen beloning is, dan weet ik het niet meer.

En dan is er óók nog vooruitzicht op heerlijk eten, vanavond. Er staat al meer dan een uur een pan kip te pruttelen. De allersimpelste, in boter gebraden kip. Verdient zoiets eigenlijk wel een recept, en een blogpost, denk ik dan. Maar terwijl ik de kip klaarmaakte merkte ik hoe moeilijk het was om geen extraatjes toe te voegen. Dit recept is dus vooral een lijstje met ´wat niet te doen´: soms is simpel echt het allerbeste.

Ik geniet de laatste tijd erg van het blog The Stone Soup. ´Minimalist Home Cooking´, zo afficheert het zich: de meeste recepten bevatten niet meer dan 5 ingrediënten (en veel ervan zijn ook nog eens binnen 10 minuten klaar). Het is geen gimmick: Jules Clancy, de auteur van het blog, claimt dat de meeste gerechten gewoon lekkerder smaken als je het simpel houdt. Haar blog is een geweldige inspiratie voor iedereen met weinig tijd en weinig energie om steeds maar weer wat nieuws te verzinnen. En hoewel ik me zelf echt niet dagelijks tot maar 5 ingrediënten wil beperken, snap ik wel de aantrekkingskracht van de vereenvoudiging van het culinaire proces.



Dit pannetje boterkip heeft (peper en zout niet meegerekend, dat doet Clancy ook niet) zelfs maar 4 componenten: kip, nootmuskaat, bloem, en boter. En o, de verleiding om er een glas wijn door te gooien. Mosterd. Verse thijm en salie. Gedroogde porcini. Laurierblaadjes. Citroensap. Gerookte paprikapoeder. Uien, knoflook. Nee. NEE! zeg ik! Beheers je!

De nootmuskaat is het geheime wapen van deze supereenvoudige kip. De geur van met nootmuskaat bestuifde kip die ligt te bruinen in de bruisende boter.. is onbeschrijflijk.

Omdat dit zo simpel is, gebruik je natuurlijk de beste spullen: een mooie kip die een goed leven heeft gehad, en vooral versgeraspte nootmuskaat, niet dat muffe stof uit een zakje.

Boterkip
1 flinke kip, in stukken
versgemalen peper, zout, versgeraspte nootmuskaat
bloem
100 gram roomboter

Bestrooi de kipdelen ruim met zout en peper en rasp er ook ruim nootmuskaat over. Bestuif de stukken met bloem (gaat heel goed door een paar eetlepels bloem in een theezeefje te scheppen).
Verhit de boter in een braadpan met deksel, waar de kipstukken in één laag in passen. Verwarm de boter op middelhoog vuur en als deze begint te bruisen (maar voordat hij bruin wordt) leg je de stukken kip erin, vel naar beneden. Laat de kip op laag vuur 10 minuten zachtjes bakken. Hou de temperatuur in de gaten: de kip moet bruinen, maar de boter mag niet verbranden. Keer de kipstukken na 10 minuten om en braad nog 10 minuten.
Giet dan 250 ml. warm water in de pan. Schraap met een houten lepel over de bodem om alle aanbaksels los te krijgen. Laat op zo laag mogelijk vuur (bij voorkeur op een vlamverdeler) met het deksel op de pan anderhalf uur heel zachtjes sudderen.



Ja, natuurlijk, die kip is na 20 minuten al gaar. Maar ´gaar´ is niet het doel hier. Boterzachte, van het bot vallende kip, dat is het doel. En wat je uiteindelijk krijgt is kip die zo mals is dat je zelfs de filets met een vork in stukjes kan snijden. Zie boven.

Als je de jus proeft, dan hoor je dat deze kip roept om gekookte aardappels of een zachte puree of misschien zelfs een stamppotje.

25.10.10

Bloemkool make-over


Geroosterde Bloemkool, vandaag in nrc.next.

24.10.10

Pizza Idee


Dit was leuk bedacht, en geslaagd, maar er is nog ruimte voor verbetering: pizza met geroosterde broccoli, gerookte mozzarella en tomaatjes. De smaken waren heerlijk maar wat er vooral ontbrak was een zekere smeuiigheid. Volgende keer toch tomatensaus in plaats van hele tomaatjes, of misschien een laagje ricotta onder de broccoli?

17.10.10

Knollen in rode wijn



Wintergroenten Bourguignon. Recept vandaag in nrc.next.

13.10.10

Een mooie dag voor prei



Jaren geleden kwam ik op een drukke, haastige zaterdagmiddag tijdens het boodschappen doen een vriendin tegen. Ze wierp een blik op mijn boodschappentas, waar een paar stengels prei uitstaken. "Is het je wel eens opgevallen dat iedereen in het weekend prei koopt?", zei ze. "In elk winkelwagentje ligt prei. Ik vraag me dan altijd af, wat gaan al die mensen doen met al die prei?"

Ergens begreep ik haar vraag wel. Prei is een soort achtergrondzangeres, handig om erbij te hebben, je mist het niet vreselijk als het er niet is. Ook voor mij is prei vaak niet meer dan een uienvervanger: zachter, zoeter, minder opdringerig. Veel van de prei die in het weekend gekocht wordt verdwijnt waarschijnlijk in soepen, stoofpotjes en pastasauzen. Weggesmolten, niet meer te herkennen. Maar hoe vaak eet je prei in de hoofdrol?

Bij toeval kwam ik erachter dat het zaterdag Nationale Preidag is. Een mooie gelegenheid om prei in de schijnwerpers te zetten. Deze gestoofde prei is een vrije bewerking van Molly Stevens' recept uit 'All about Braising': zonder de spekjes die zij gebruikt, maar mét een knapperig walnotenkorstje. De prei wordt zijdezacht en zoet, geurig van thijm en knoflook. Heerlijk bij geroosterde kip, gebakken vis, gebraden vlees.

Een paar opmerkingen: om de prei mooi gaar te stoven moet er voldoende bouillon in de ovenschaal zijn (de prei moet nét onder staan). Het grootste deel van dit vocht moet je afgieten voor je gaat gratineren, anders wordt het te soepig. Gooi dat vocht niet weg, het is een heerlijk geconcentreerde preibouillon. Gooi het door een soepje of drink het gewoon op terwijl je wacht tot je gratin klaar is. 'Cook's perks' noemen ze dat in het Engels: de beloning voor de kok, waar niemand iets van hoeft te weten.




Bijgerecht voor 4 personen
4 flinke preien, alleen het witte/lichtgroene deel
250 ml. warme kippenbouillon
4 takjes tijm
2 tenen knoflook, in plakjes
peper, zout, versgemalen nootmuskaat
klontje boter om de schaal in te vetten
2 handjes vers zacht broodkruim
100 gram walnoten, fijngehakt
een handje versgeraspte Parmezaanse kaas
boter

Verwarm de oven voor op 180 C.
Snij de prei in stukken van ca. 8 centimeter. Snij deze overlangs doormidden en spoel ze goed af, maar wel zo dat de laagjes intact blijven. Kies een ovenschaal waar de prei in één laag inpast en vet deze in met boter. Leg de stukjes prei erin met het snijvlak naar beneden. Bestrooi met zout, peper en nootmuskaat. en strooi de thijm erover. Duw de plakjes knoflook tussen de stukken prei. Giet de bouillon erover, dek de schaal goed af met aluminiumfolie, en stoof ongeveer een uur in de oven.
Giet het meeste vocht af, er moet een klein bodempje in de schaal achterblijven. Verhit de grill. Meng broodkruim, walnoten en kaas en strooi dit over de prei. verdeel er rijkelijk vlokjes boter over en zet de schaal een paar minuten onder de grill tot het gerecht een mooi bruin korstje heeft.

11.10.10

Op en Onder





We hebben deze week de prachtigste zonsop- en ondergangen. Foto's zó uit de camera, geen photoshop kleurbewerking ofzo..

Weinig tijd om iets spannends te koken, wel net tijd om sochtends en savonds uit het raam te hangen en foto´s te maken.

Wilde jenever


Vandaag in nrc.next: hertebiefstukjes met jeneversaus.