30.11.10

Wat te doen met Daikon



Er waren al daikonkoekjes, en er was Oosterse kippensoep met daikon. Maar iedereen met een klein huishouden die wel eens een daikon gekocht heeft weet dat er meer dan 2 maaltijden voor nodig zijn om zo'n ding soldaat te maken. Er is altijd een stuk dat een beetje zielig in de koelkast achterblijft en het gevaar loopt om na een week of wat verlept en verslapt in de vuilnisbak te belanden. Zonde! Gelukkig las ik op tijd over daikon pickles, in het zuur ingemaakte daikon.

Ik volgde het recept van David Chang uit zijn Momofuku kookboek, en voelde me een bijzonder degelijke huisvrouw. Ik hoefde geen daikon weg te gooien, ik had iets gemaakt wat een tijdje goed zou blijven, een pot lekkers in de koelkast waar ik wekenlang plezier van zou hebben.



Toen kreeg ik een mail van de vriend die me tot mijn daikon experimenten geinspireerd had. "Stinkt jouw daikon pickle ook zo? ik heb die van mij weg moeten gooien, het was té erg". Ik deed de koelkast open. Ja, ik moest het toegeven. De licht-rottige geur waarvan ik dacht die die uit de la met Franse kaas kwam, steeg toch echt op uit de daikon-en-wortel pot.

Vervlogen waren de keukenprinses-dromen. Zie je wel, ik kán het niet. Ik leer het ook nooit: ik ben niet geschikt voor jam maken, worst draaien, paté bakken en komkommers conserveren.

Maar (gelukkig, in dit geval) ben ik niet alleen een onvolmnakte huisvrouw, ik ben ook aartslui. Twee dingen die veel met elkaar te maken hebben vermoedelijk. Zó lui dus, dat ik een potje met stinkende daikon rustig nog een paar dagen in de koelkast laat staan, omdat ik geen zin heb om het weg te gooien. En wat denk je? Na een paar dagen stonk het nauwelijks meer. Als ik nu, na een week, de pot openmaak ruik ik frisse, radijs-achtige daikon. De daikon en wortel smaken knapperig en zoetzuur. Heerlijk door de sla, bij Aziatische noedelgerechten, of (zoals hier) bij mijn macaroni-omelet met parmezaan en sriracha.



Soms wordt luiheid beloond.

28.11.10

WinterWonderland


Experimenteren met m'n nieuwe camera in het Westerpark.

En daarna had ik allerlei keukenprojecten gepland, maar in plaats daarvan werd het een dag werken achter de laptop.

Gelukkig wacht me zometeen een heerlijk stuk vlees en een glas Côte-Rôtie. Daar kijk ik al vanaf, ongeveer, een uur of 13:00 naar uit...

23.11.10

Toevalstreffer




Dus, ik loop de natuurwinkel in om iets te kopen - ik ben nu vergeten wat het was, want ik heb het nooit gekocht, omdat ik meteen bij binnenkomst word afgeleid door een grote berg Kabocha pompoenen, waar ik juist een paar dagen geleden door Robin van Aziatische ingrediënten aan herinnerd ben, hoe lekker die zijn... en dan draai ik me om en zie een grote bak met kraakverse postelein, een klein wonder, want de groente in deze natuurwinkel is meestal een beetje verlept en zielig. Die postelein is wel heel toevallig, want de Posteleinhater is de stad uit.



Wat ermee te doen? Het moest iets lichts en fris worden. Terwijl ik intussen urenlang in de keuken stond om andere, arbeidsintensieve recepten te testen, gooide ik wat van dit en dat door elkaar, o nog wat halloumi in de koelkast, en weet je wat bij pompoen zijn pompoenpitten natuurlijk ook lekker. En zoals je dat soms hebt, bij toeval, was het resultaat fantastisch. Een salade waarmee ik het aandurf om zelfs postelein sceptici te verrassen. De combinatie van zacht-zoete pomopoen, zoute halloumi, notige quinoa, knapperig pompoenzaad en licht-zure postelein is gewoon volmaakt en geweldig. Ik zeg het niet vaak, ik zeg het vandaag: maak dit!



Quinoa salade met postelein, pompoen en halloumi
voor 2 personen

75 gram quinoa
200 gram stevige pompoen, butternut of kabocha, in blokjes (schoongemaakt gewicht)
125 gram postelein, gewassen
100 gram halloumi
2 eetlepels pompoenpitten

Dressing:
rasp van een halve citroen
sap van een halve citroen
3 eetlepels olijfolie
peper, zout
olie om te bakken

Verwarm de oven voor op 200 C. Schep de blokjes pompoen om met een beetje olie, zout en peper, en spreid ze uit op een met bakpapier beklede bakplaat. Rooster ze 15 minuten of tot ze goudbruin en zacht zijn.
Spoel de quinoa goed af en kook deze 15 minuten in 150 ml. water. Als het goed is is al het water opgenomen. Doe de quinoa in een grote kom.

Klop alle ingrediënten voor de dressing door elkaar.

Bak de postelein een paar minuten in een klein beetje olie. Als het geslonken is, de postelein bij de quinoa doen. Schep ook de geroosterde pompoen er luchtig doorheen. Schep de dressing erdoor en verdeel de salade over 2 borden of schep in een schaal.
Snij de halloumi in blokjes en droog deze goed tussen keukenpapier. Bak de halloumi in een klein beetje olie goudbruin. Doe de pompoenpitten erbij en bak deze heel even mee. Verdeel de halloumi en pompoenpitten over de salade en serveer.

16.11.10

Daikonkoekjes met garnalen



Ik kocht een reusachtige daikon (oftewel rettich, maar ik vind daikon gewoon een mooier woord) en daar eten we nu al dagen van. Gisteren maakte ik al improviserend deze daikonkoekjes en ze waren zo geweldig, dat ik ze jullie niet wil onthouden, ondanks het feit dat de bij avond genomen foto's niet echt goed gelukt zijn..

Daikon is misschien het meest bekend als de knapperige sliertjes die als een hoopje doorzichtige spaghetti naast je sushi en sashimi liggen. Als dat de enige daikon is die je je ooit tegenkwam, dan zullen deze koekjes met garnalen en een pittige zoute dipsaus een openbaring zijn. Enige nadeel: toen ik een stuk van 300 gram daikon afsneed, leek de witte wortel amper kleiner geworden. Morgen maar weer iets nieuws ermee verzinnen....

voor ca. 8 stuks

300 gram daikon, geraspt
100 gram rauwe garnalen, fijngehakt
1 lenteui, in ringetjes
handje koriander
1 ei
2 eetlepels rijstebloem
zout en peper
plantaardige olie om te bakken

dipsaus: 2 eetlepels hoisinsaus, sriracha naar smaak, 1 eetlepel sojasaus, 1 eetlepel rijstazijn, 1 eetlepel sesamolie, 1 theelepel geraspte verse gember, water



Meng de geraspte daikon met een theelepel zout en zet een half uurtje koel weg.
meng alle ingredienten voor de dipsaus door elkaar. Voeg zoveel water toe tot je een dunne saus hebt.
Knijp de daikon dan goed uit en doe in een kom. Dep de stukjes garnaal droog en doe ze erbij. Voeg de lenteui, koriander, het ei, de rijstebloem, en zout en peper toe en meng.

Verhit een paar lepels olie in een koekenpan en bak hierin volle eetlepels van het beslag, zo'n 3 minuten per kant. Serveer met de dipsaus en noedels of rijst met gebakken groente.

15.11.10

Chocopasta



Ik klaag vaak over Albert Heijn, en er is ook een hoop over te klagen, maar als ik eerlijk ben moet ik toegeven dat AH ook een paar dingen in het assortiment heeft die mijn dagelijkse eetgeluk aanzienlijk vergroten.
Mandarijnensap, Euroshopper mayonaise, pindakaas met cashewnoot, om er maar een paar te noemen. En nu heb ik, helaas zou ik bijna zeggen, iets nieuws ontdekt: pure chocopasta. Ik hou veel van nutella. Maar soms wil je gewoon chocola en niets dan chocola en hoeft dat hazelnootsmaakje niet zo.

Goed brood, goeie roomboter, een flinke smeer pure chocopasta, en een beetje verkruimelde fleur de sel. Zondagmiddag-geluk.

9.11.10

Nog meer cake



Heerlijk, die kweepeercake, maar: voor iedereen die misschien niet zo makkelijk aan kweeperen kan komen, voor iedereen die houdt van herfstige appeltaarten, voor iedereen die net als ik vindt dat er niet genoeg appelrecepten kunnen zijn, voor iedereen die gelukkig wordt van de geur van zoete appel en kaneel, voor iedereen die op deze gure dinsdag zin heeft om een simpele maar o zo heerlijke appelcake te bakken...

Appelcake, dus.

Losjes gebaseerd op dit recept van Smitten Kitchen. Ik had nog walnotenolie staan en die was er geweldig lekker in, maar ik schat in dat die (net als kweeperen) niet alomtegenwoordig is in alle keukens. Gebruik dus in plaats daarvan gerust een neutrale plantaardige olie zoals het oorspronkelijke recept ook zegt.

Dit is zo'n zeldzame cake die eigenlijk de volgende dag lekkerder is dan de dag dat je hem maakt. Ik bakte hem zondag om te serveren als toetje na een etentje met vrienden. Toen hij was afgekoeld en ik er een beetje in had geprikt hier en daar vond ik dat hij er droog uitzag en ben ik nog naar de avondwinkel gerend voor een potje slagroom. En inderdaad was die slagroom heel welkom bij het enigszins droge baksel. Maar gisteren at ik met Dennis de restjes, en er was geen slagroom nodig, de structuur was compacter en minder droog geworden en de appel zachter en sappiger en zoeter.



4 flinke goudreinetten, geschild, ontklokhuisd en in blokjes
3 eetlepels donkere basterdsuiker
1 eetlepel kaneel
250 gram zelfrijzend bakmeel
1/2 theelepel zout
150 gram kristalsuiker
150 ml. walnoot- of andere olie
sap van 1 sinaasappel
3 eieren
100 gram walnoten, fijngehakt

Verwarm de oven voor op 180 C. Vet een diepe vierkante bakvorm (20 x 20) of een vergelijkbare ronde vorm in met boter of bekleed met bakpapier.
Schep de appelblokjes in een grote schaal om met de basterdsuiker en kaneel. Laat 10 minuutjes staan.
Roer in een grote kom het zelfrijzend bakmeel en het zout door elkaar. Meng in een andere kom de olie met het sinaasappelsap en de suiker. Roer de eieren er 1 voor 1 door. Schep dit mengsel door de bloem. Meng tot je een glad beslag hebt en meng tenslotte de walnoten erdoor.
Schep het beslag in de vorm en verdeel de appelblokjes erover (samen met het kanelige suikerige vocht onderin de kom).
Bak een uur. Doe de coctailprikkertest en bak eventueel nog wat langer.

7.11.10