Ik heb vandaag mijn bureau opgeruimd. Tussen de stapels facturen, bonnen, oude tijdschriften, ansichtkaarten en treintickets deed ik een paar leuke vondsten. Een nog steeds niet ingeloste cadeaubon voor een lunch bij
Gartine (wie zal ik daar eens mee naar toe nemen?). Een nog maar halfvolle koffiestrippenkaart van de Coffee Company. Postzegels waarvan ik niet wist dat ik ze had. Een boek dat ik kwijt was. En een briefje van 20 euro! Als dat geen beloning is, dan weet ik het niet meer.
En dan is er óók nog vooruitzicht op heerlijk eten, vanavond. Er staat al meer dan een uur een pan kip te pruttelen. De allersimpelste, in boter gebraden kip. Verdient zoiets eigenlijk wel een recept, en een blogpost, denk ik dan. Maar terwijl ik de kip klaarmaakte merkte ik hoe moeilijk het was om geen extraatjes toe te voegen. Dit recept is dus vooral een lijstje met ´wat niet te doen´: soms is simpel echt het allerbeste.
Ik geniet de laatste tijd erg van het blog
The Stone Soup. ´Minimalist Home Cooking´, zo afficheert het zich: de meeste recepten bevatten niet meer dan 5 ingrediënten (en veel ervan zijn ook nog eens binnen 10 minuten klaar). Het is geen gimmick: Jules Clancy, de auteur van het blog, claimt dat de meeste gerechten gewoon lekkerder smaken als je het simpel houdt. Haar blog is een geweldige inspiratie voor iedereen met weinig tijd en weinig energie om steeds maar weer wat nieuws te verzinnen. En hoewel ik me zelf echt niet dagelijks tot maar 5 ingrediënten wil beperken, snap ik wel de aantrekkingskracht van de vereenvoudiging van het culinaire proces.
Dit pannetje boterkip heeft (peper en zout niet meegerekend, dat doet Clancy ook niet) zelfs maar 4 componenten: kip, nootmuskaat, bloem, en boter. En o, de verleiding om er een glas wijn door te gooien. Mosterd. Verse thijm en salie. Gedroogde porcini. Laurierblaadjes. Citroensap. Gerookte paprikapoeder. Uien, knoflook. Nee. NEE! zeg ik! Beheers je!
De nootmuskaat is het geheime wapen van deze supereenvoudige kip. De geur van met nootmuskaat bestuifde kip die ligt te bruinen in de bruisende boter.. is onbeschrijflijk.
Omdat dit zo simpel is, gebruik je natuurlijk de beste spullen: een mooie kip die een goed leven heeft gehad, en vooral versgeraspte nootmuskaat, niet dat muffe stof uit een zakje.
Boterkip1 flinke kip, in stukken
versgemalen peper, zout, versgeraspte nootmuskaat
bloem
100 gram roomboter
Bestrooi de kipdelen ruim met zout en peper en rasp er ook ruim nootmuskaat over. Bestuif de stukken met bloem (gaat heel goed door een paar eetlepels bloem in een theezeefje te scheppen).
Verhit de boter in een braadpan met deksel, waar de kipstukken in één laag in passen. Verwarm de boter op middelhoog vuur en als deze begint te bruisen (maar voordat hij bruin wordt) leg je de stukken kip erin, vel naar beneden. Laat de kip op laag vuur 10 minuten zachtjes bakken. Hou de temperatuur in de gaten: de kip moet bruinen, maar de boter mag niet verbranden. Keer de kipstukken na 10 minuten om en braad nog 10 minuten.
Giet dan 250 ml. warm water in de pan. Schraap met een houten lepel over de bodem om alle aanbaksels los te krijgen. Laat op zo laag mogelijk vuur (bij voorkeur op een vlamverdeler) met het deksel op de pan anderhalf uur heel zachtjes sudderen.
Ja, natuurlijk, die kip is na 20 minuten al gaar. Maar ´gaar´ is niet het doel hier. Boterzachte, van het bot vallende kip, dat is het doel. En wat je uiteindelijk krijgt is kip die zo mals is dat je zelfs de filets met een vork in stukjes kan snijden. Zie boven.
Als je de jus proeft, dan hoor je dat deze kip roept om gekookte aardappels of een zachte puree of misschien zelfs een stamppotje.